"Bien Jouer, c'est gagner...et l'enfer, c'est les autres".
The rise and fall of the Remy empire
door Rik G.

Hij kwam, hij zag en leek te overwinnen. 't Kan verkeren. Almost but not quite. Je kan veel cliches verspillen om het beleid van Patrick Remy te omschrijven. Remy nam in de terugronde van het seizoen 00-01 het roer over bij AA Gent. AA Gent was aan het zwalpen op dat moment. De spelersgroep kon het in het seizoensbegin niet vinden in de aanpak van Henk Houwaert. Zijn trainingen leken op spelletjes, conditioneel stonden de spelers nergens, en ... een aantal spelers presteerden ondermaats. Na een zware Europese pandoering van Ajax werd Henkie de laan uit gestuurd, en nam de eeuwige invaller Herman Vermeulen het eventjes over...tot Yvan De Witte zijn konijn uit de hoed toverde. Dit konijn was de Fransman Patrick Remy: voormalig trainer van Beauvais en iemand die stond voor een structuur, een concept en vooral discipline.

Remy nam de touwtjes alvast stevig in handen en zette het transferbeleid naar zijn hand. En dat betekende voor hem: Franse spelers binnenhalen. Jerome Brocard werd als rechtsbuiten aangetrokken maar stond aanvankelijk conditioneel nergens. Om het scorend vermogen in de spits op te krikken (Mido Hossam speelde de pannen van het dak maar Alexandros Kaklamanos was nergens) werd zijn voormalige Beauvais-pupil Jerome Lempereur aangetrokken. Lempereur viel die week in de laatste 10 minuten in, en knalde na twee minuten snoeihard op de paal. "Veelbelovend", zei men toen. Helaas was dit het beste wat er dat seizoen van Lempereur te zien was.

Maar Ahmed Hossam maakte veel goed. Bijna op zijn eentje zorgde Hossam voor resultaten bij Gent, en Gent behaalde een vierde plaats dat seizoen. Zeker niet slecht, maar ook niet super. Er zat nog geen constante in de resultaten van La Gantoise. Maar de trainer werd niet in vraag gesteld. Een aantal spelers moesten publiekelijk het gelag betalen: Martin Laamers, een Houwaert-man en duidelijk iemand die verzoop centraal op het middenveld, mocht alvast naar een andere club uitkijken. Alexandros Kaklamanos, spits maar geen wervelwind als Hossam, moest ook verdwijnen. Lempereur zou na een aanpassingsperiode de vaste spits worden.

In het tussenseizoen zat Remy alvast niet stil in Frankrijk en de Gentse parking stond vol met Franse nummerplaten (met uitzondering van Ibrahim Faye die een scooter gebruikt). Nobele onbekenden zoals Ibrahim Faye, Djima Oyawole en Samuel Wiart kwamen de spelerskern versterken. De enige Fransman met enige naambekendheid was Matthieu Verschuere, een harde werker die redelijk veel krediet kreeg van de insiders in de Franse competitie. Jerome Brocard werd voor een goede prijs van de hand gedaan om de transfer van Verschuere te bekostigen.

En dan kwamen de eerste strubbelingen, want plots werd het duidelijk dat deze spelers niet aangetrokken waren om de ploeg in de breedte te versterken: ze waren als volwaardige basisspelers aangetrokken. Vaste waarden als Vital Borkelmans en Gunther Schepens (die net uit blessure terugkeerde) verhuisden naar de bank. Vaak tot hun eigen verbazing moesten ze zich tevreden stellen met invalbeurten, iets wat alvast niet naar de zin van Schepens was.

Maar niet alle Fransen brachten wat er van hen verwacht werd. Samuel Wiart viel al snel uit met knieblessures en Gunther Schepens kreeg terug zijn kans. Faye was nog te groen om een constant hoog niveau te halen, en brommerke Borkelmans werd terug van stal gehaald. Maar de grote flop was Jerome Lempereur. Lempereur scoorde niet, gaf geen assists, kon geen man voorbij...dus stond Gent daar met een mooi verdedigend blok en niemand die een goal kon maken. Djima Oyawole was snel maar had niet de fysieke presence om alleen in de spits te staan. Net voor het seizoen moest Gent in allerijl Kaklamanos terughalen, net zoals Anders Nielsen (die door Remy naar de B-kern was gestuurd wegens niet-meer-fit-te-krijgen). Lempereur werd snel van de hand gedaan als "een vergissing".

En het seizoen begon als een droom en Remy was een supertrainer. De eerste zeven wedstrijden werden gewonnen. Niet met wervelend voetbal maar vooral wegens het opportunisme van Nielsen en Kaklamanos (en het falen van de tegenpartij). Europees voetbal leek alvast een zekerheid, en stilletjes werd al aan de titel gedacht. Matthieu Verschuere was de revelatie in het behoudende systeem van Remy.

Toch sloop er een wrang gevoel in de spelersgroep want Remy behaalde wel de resultaten, maar was niet echt een psycholoog. Gunther Schepens, voor vele spelers de echte leider van de groep, belandde meer en meer op de bank dan hem lief was en stond zijn aanvoerdersband af. Ook de andere flankspelers waren niet tevreden over het behoudende systeem van Remy. En de pers...die maakte alvast brandhout van het Remy-voetbal, dat niet attractief was om naar te kijken. Maar "bien jouer, c'est gagner", en zolang de resultaten goed waren, durfde niemand de coach in vraag te stellen.

Maar in het begin van de tweede seizoenshelft begon alles te kantelen. Belangrijke pionnen zoals Djima Oyawole en Nasradine Kraouche moesten aan het werk in de Africa Cup en sterkhouders als Anders Nielsen en Matthieu Verschuere haalden niet meer hun beste niveau. Maar, erger dan dat, Gent kon geen wedstrijd meer winnen en kwam niet verder dan wat gelijke spelen. Verschillende ontevreden spelers gaven openlijk kritiek op Patrick Remy: Darko Anic, Saso Gasjer en Eric Joly stelden een duidelijk ultimatum. Als Remy coach bleef, vertrokken zij. Voorzitter De Witte trachtte de gemoederen te bedaren maar het vuur was aan de lont gekomen. De pers sprong gretig op de incidenten in en, om nog maar eens een cliche te gebruiken, Barbertje moest hangen. De Witte probeerde nog een laatste compromis uit de brand te slepen door Remy te behouden tot het einde van het seizoen maar de resultaten spraken deze beslissing tegen. 28 februari - exit Remy.

Herman Vermeulen krijgt dit keer een echte kans als hoofdcoach, en hij wordt bijgestaan door Philip Vandewalle en Charly Musonda. Vermeulen, die voordien altijd beweerde dat hij nooit hoofdcoach wou worden, moet zich nu bewijzen. Tijdens zijn vele invalbeurten bij de club haalde hij steeds goede resultaten, en hij kan op enorm veel steun van de spelers rekenen, want Vermeulen staat bekend als iemand die nooit een speler laat vallen. Vandewalle is een sterke persoonlijkheid en Charly Musonda heeft zich tot een echt voetbalbeest ontpopt.

De periode onder Patrick Remy valt moeilijk te vatten onder een noemer. Ze was zoals het haar van de coach zelf: grijs.